3. Doorbetaling werknemers

Een werkgever moet twee jaar lang het loon doorbetalen van zieke werknemers (minimaal 70% gedurende twee jaar). Neem met uw klant zijn personeelsbestand door om het (risico op) ziekteverzuim goed in kaart te brengen. Wellicht is aanpassing van de aanpak van het ziekteverzuim binnen de onderneming van uw klant gewenst en zijn andere of betere vastleggingen in het personeelsdossier noodzakelijk.

 

2. Bestelauto’s en personeel

Voor personeel dat bestelauto’s ook gebruikt voor privéritten geldt een fiscale bijtelling in de loonbelasting volgens het autokostenforfait. De bijtelling bedraagt maximaal 22% van de cataloguswaarde (inclusief btw en BPM) voor bestelauto’s tot en met vijftien jaar oud die in 2018 zijn aangeschaft (in 2017: 25%). Om bijtelling te voorkomen, kunnen werknemer en werkgever overeenkomen dat de werknemer de bestelauto niet privé mag gebruiken en het privégebruik ook feitelijk onmogelijk maken. De werkgever moet het autogebruik controleren. Het is mogelijk dat de werknemer via de werkgever een Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto afgeeft aan de Belastingdienst. De werknemer hoeft geen kilometeradministratie bij te houden. Ritten voor het woon-werkverkeer kwalificeren als zakelijke ritten. Als sprake is van doorlopend afwisselend gebruik en het privégebruik valt niet per werknemer vast te stellen, dan kan de eindheffingsregeling worden toegepast van € 300 per bestelauto per jaar. Bespreek met uw klant welke afspraken hij het beste met zijn personeel kan maken.

1. Btw-keuzevermogen

De btw-regelgeving maakt het mogelijk een investeringsgoed geheel of gedeeltelijk als zakelijk of privé te bestemmen. Bij zakelijke etikettering van onroerende zaken voor de btw is alleen nog aftrek van voordruk btw mogelijk voor zover sprake is van btw-belast zakelijk gebruik. Hou er rekening mee dat het etiketteren van het vermogen tot btw-ondernemingsvermogen of privévermogen volgens het Ministerie van Financiën moet gebeuren op het tijdstip dat de eerste investering wordt gedaan (bij panden dus meestal bij de aankoop van de ondergrond) of op het moment van eerste ingebruikname. De etikettering van het vermogen voor de btw staat overigens los van de etikettering van het vermogen voor de inkomstenbelasting.

  • 1
  • 2