8. Onterechte betaalverzuimboeten voor jaaraangevers loonheffingen

Doet u voor uw klant per jaar aangifte loonheffingen en heeft hij een naheffingsaanslag ontvangen? Hier staat ten onrechte een betaalverzuimboete op. Hij hoeft deze niet te betalen.
Uw klant ontvangt binnenkort een gecorrigeerde naheffingsaanslag. Hij moet wachten met betalen totdat hij deze krijgt. Hij kan dan het bedrag betalen dat daar op staat.
Heeft uw klant het bedrag van de onjuiste naheffingsaanslag al betaald? Dan krijgt hij een teruggaaf.

Geen betaalverzuimboete door corona
Normaal gesproken zou uw klant een betaalverzuimboete moeten betalen als hij een naheffingsaanslag ontvangt. Dat hoeft nu niet. Vanwege de coronacrisis legt de Belastingdienst tijdelijk geen betaalverzuimboetes op.

 

7. Geen marge- en globalisatieregeling als administratie onbetrouwbaar is

De activiteiten van een vof bestonden uit inkoop, verkoop en reparatie van sieraden en in- en verkoop en bewerking van edele metalen. Daarnaast werden ook sieraden via een website te koop aangeboden.
Op 10 december 2013 is de Inspecteur boekenonderzoeken gestart bij de vof en haar firmanten. Bij de vof is de aanvaardbaarheid van haar aangiften omzetbelasting over de jaren 2010 en 2011 onderzocht. De inbeslaggenomen financiële administratie is als basis gebruikt. Daarnaast heeft de Inspecteur gebruik gemaakt van de informatie uit het strafrechtelijk onderzoek. De Inspecteur heeft tijdens het strafrechtelijk onderzoek aan X een naheffingsaanslag omzetbelasting over de jaren 2010 en 2011 opgelegd. De naheffingsaanslag is gebaseerd op in de controlerapporten geconstateerde gebreken in de administratie van de vof. Hof Amsterdam heeft in een procedure over deze naheffingsaanslag geoordeeld dat de vof geen recht heeft op toepassing van de marge- en globalisatieregeling omdat de administratie onbetrouwbaar is. In dat verband heeft het Hof overwogen dat de vof met betrekking tot het ingekochte sloopgoud en andere ingekochte goederen, haar boekhouding niet op zodanige wijze heeft gevoerd dat aan de hand daarvan het verband tussen inkoop en verkoop kan worden vastgesteld.
De vof is het niet met dit oordeel eens en is naar de Hoge Raad gestapt. Maar de hoogste adviseur van de Hoge Raad, de Advocaat-Generaal, heeft geadviseerd om het oordeel van het Hof te bekrachtigen.

6. Handreiking diensttijduitkering

Stel dat u of uw klant een werknemer ten minste 25 jaar of 40 jaar in dienst heeft. De werknemer ontvangt een diensttijduitkering ter gelegenheid van zijn jubileum. Weet u wat de gevolgen voor de loonheffingen zijn? In deze handreiking leest u daar meer over.

Als een diensttijduitkering aan alle voorwaarden voldoet, is de diensttijdvrijstelling van toepassing. De diensttijduitkering hoort dan niet tot het loon van de werknemer en is onbelast.

De voorwaarden voor de diensttijdvrijstelling zijn:

De werknemer is ten minste 25 jaar of 40 jaar in dienst.
De diensttijduitkering of -verstrekking is eenmalig.
De diensttijduitkering of -verstrekking is maximaal het loon over een maand.

1. Dienstjaren

De diensttijdvrijstelling geldt als de werknemer tenminste 25 jaar in dienst is en nogmaals als de werknemer minstens 40 jaar in dienst is.

De grens van 25 of 40 jaar is zeer strikt. Als één dag ontbreekt, geldt de diensttijdvrijstelling niet. Begint de dienstbetrekking van een werknemer bijvoorbeeld op 2 januari 1979 en eindigt hij per 31 december 2018, dan is de periode van 40 jaar niet volgemaakt.
Onderbroken dienstverband

Voor de diensttijdvrijstelling geldt niet alleen de duur van het laatste dienstverband. De diensttijd van eerdere dienstverbanden bij dezelfde werkgever tellen ook mee. Belangrijk is dat de werknemer loon heeft ontvangen voor de verrichte arbeid. De perioden waarin het dienstverband onderbroken is, tellen niet mee.
Uitzendkracht die in dienst komt

Bij de diensttijd gaat het om de periode waarin een werknemer in dienstbetrekking is bij dezelfde werkgever. Heeft een werknemer eerst als uitzendkracht bij de werkgever gewerkt, dan tellen deze jaren niet mee.
Diensttijd bij andere werkgever

In bepaalde gevallen mag u de diensttijd bij een andere werkgever wel meetellen. Voorbeelden hiervan zijn:

De werknemer is bij een andere werkgever in dienst getreden vanwege een overgang van onderneming. Feitelijk werkt hij nog steeds voor dezelfde onderneming.
Tussen de werkgevers bestaat een zodanige verhouding dat het normaal is om die diensttijd mee te tellen. Bijvoorbeeld als de werkgevers deel uitmaken van hetzelfde concern.

2. Eenmalig

De diensttijdvrijstelling geldt één keer bij een 25-jarig dienstverband en één keer bij een 40-jarig dienstverband. Als de vrijstelling bij een 25-jarig dienstverband nog niet is gebruikt mag u bij een 40-jarig dienstverband de vrijstelling 2 keer toepassen.
3. Loon over een maand

De maximale diensttijdvrijstelling is het fiscale loon over een maand dat een werknemer ontvangt op het moment van uitbetalen van de diensttijduitkering. Dit is het loon uit kolom 14 van de loonstaat. Zowel loon uit tegenwoordige dienstbetrekking als loon uit vroegere dienstbetrekking tellen mee.

U houdt geen rekening met:

bijzondere beloningen die niet vast en gegarandeerd zijn, zoals tantièmes
aanspraken die tot het loon behoren
keuzeloon (cafetariaregeling)

Bij het fiscale loon over een maand telt u het maandbedrag op van:

het werknemersaandeel in de pensioenpremie
de werknemersbijdrage voor aanspraken die overeenkomen met aanspraken op WW-, ZW-, WAZO- en WAO/WIA-uitkeringen
de werknemersbijdrage voor aanspraken op uitkeringen bij overlijden of invaliditeit door een ongeval
bedragen die worden ingehouden in plaats van de hierboven genoemde premies en bijdragen
de werknemersbijdrage in de levensloopregeling

Bij het berekende bedrag telt u bovendien op:

1/12 van de vakantiebijslag
1/12 van het jaarbedrag van vaste gegarandeerde bijzondere beloningen

U mag geen rekening houden met loon dat de werknemer van een andere inhoudingsplichtige ontvangt.
Deeltijd

Is de werknemer minder gaan werken maar is de hoogte van de diensttijduitkering een voltijd maandloon? Dan gaat u voor de berekening van de diensttijdvrijstelling toch uit van het deeltijdloon.
Uitkering in geld of goederen

Een werkgever mag een diensttijduitkering verstrekken in zowel ‘loon in geld’ als ‘loon in natura’, zolang de totale waarde niet meer is dan een maandloon. Als u aan bovenstaande 3 voorwaarden voldoet, geldt de diensttijdvrijstelling. Het bedrag boven het maandloon is loon voor de werknemer. De werkgever mag dit bedrag ook aanwijzen als eindheffingsloon werkkostenregeling.
Niet voldaan aan de voorwaarden

De diensttijduitkering is loon voor de werknemer als u niet voldoet aan alle voorwaarden. U kunt de uitkering aanwijzen als eindheffingsloon werkkostenregeling. De diensttijduitkering moet dan aan de gebruikelijkheidstoets voldoen. Vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen tot een bedrag van € 2.400 per werknemer per jaar beschouwt de Belastingdienst als gebruikelijk. Meer over de gebruikelijkheidstoets leest u in hoofdstuk 4.2 Handboek Loonheffingen.
Voorbeeld

De werknemer is 12,5 jaar in dienst en ontvangt een diensttijduitkering van € 1.500. Dit is een half maandsalaris. De werkgever wil dit onbelast uitkeren aan de werknemer. Wat moet u doen?

Bij een diensttijd van 12,5 jaar is de diensttijdvrijstelling niet van toepassing. U controleert of de diensttijduitkering voldoet aan de gebruikelijkheidstoets. De werknemer ontvangt naast de diensttijduitkering geen andere vergoedingen en verstrekkingen. De werkgever kan de diensttijduitkering daarom aanwijzen als eindheffingsloon. Bij overschrijding van de vrije ruimte is de werkgever 80% eindheffing verschuldigd.

5. Hoe dient u oude btw-aangiften alsnog in?

Hebt u een achterstand bij het indienen van btw-aangiften van een klant? Welke mogelijkheden hebt u dan om de oude btw-aangiften alsnog in te dienen? Hieronder hebben wij dat voor u op een rijtje gezet.

Er zijn in de praktijk 2 situaties denkbaar.
1. Aangiften tot 1 jaar terug: digitaal
U kunt oude btw-aangiften tot maximaal 1 jaar terug nog op digitale wijze indienen.

2. Aangiften ouder dan 1 jaar: op papier
Oudere aangiften kunt u alleen op papier inleveren. U mag zelf bepalen hoe u de papieren aangifte opstelt. Er is geen standaard formulier van de Belastingdienst beschikbaar.

U stuurt de papieren aangifte(n) naar het volgende adres:
Belastingdienst Heerlen
t.a.v. DIV Heerlen
Postbus 4486
6401 CZ Heerlen

 

4. Vertraging machtigingen fiscaal dienstverleners

Fiscaal dienstverleners (fd’ers) hebben massaal machtigingsaanvragen ingediend, zowel voor de VIA als de serviceberichten. Hierdoor is een achterstand ontstaan in de verwerking die kan oplopen tot 14 dagen. Fd’ers stellen hierover veel vragen bij het Servicecentrum van Logius.

Als u gebruikmaakt van software hebt u daarvoor een machtiging van uw klant nodig. Normaal verwerkt de Belastingdienst de aanvragen binnen 14 dagen. Omdat dit jaar al veel machtigingen zijn aangevraagd, haalt de Belastingdienst deze termijn niet. Het gaat hier vooral om de machtigingsaanvragen voor de VIA voor de komende IH2020-campagne.

Let op!
Het betreft hier het (SBR) machtigingenproces in de software van de fd’er, niet het DigiD-machtigingsproces.
De Belastingdienst heeft maatregelen genomen om de achterstand zo snel mogelijk weg te werken.

  • 1
  • 2